Skip to Main Content
Universiteitsbibliotheek

Onderzoeksvaardigheden - Gevorderd

In deze training academische vaardigheden leer je je informatiebehoefte bepalen, bronnen te vinden en beoordelen en informatie te verwerken.

Doel, tijdsduur en voorkennis

Doel
Aan het eind van deze module kan je:

  • De meest geschikte methode of combinatie van methoden bepalen voor het zoeken naar literatuur in verschillende situaties,
  • Deze methoden zelfstandig toepassen.

Tijdsduur
Deze module duurt ca. 15 min.

​Voorkennis
Onderzoeksvaardigheden Intermediate, module ‘Hoe begin ik met een literatuuronderzoek?'

Hoe zoek ik slim en systematisch naar literatuur?

 

1 Doel

Doel
Aan het eind van deze module kan je:

  • De meest geschikte methode of combinatie van methoden bepalen voor het zoeken naar literatuur in verschillende situaties,
  • Deze methoden zelfstandig toepassen.

Tijdsduur
Deze module duurt ca. 15 min.

​Voorkennis
Cursus B, module ‘Hoe begin ik met een literatuuronderzoek?'

2 Wat is systematisch literatuur zoeken?

De manier waarop je zoekt naar literatuur bepaalt grotendeels het slagen daarvan. Zoek je willekeurig, dan is de kans klein dat je alle relevante literatuur te pakken krijgt. Zoek je systematisch, dan is die kans veel groter. Systematisch literatuur zoeken betekent op een gestructureerde manier gebruik maken van de functies die de verschillende elektronische bronnen (databases) en het internet bieden. Denk bijvoorbeeld aan de helpfuncties van specifieke databases.

Systematisch literatuur zoeken is een continue proces van zoeken, beoordelen en aanpassen van jouw zoekprofiel. Jouw zoekprofiel bestaat uit de lijst met zoektermen die je aan jouw probleemstelling hebt ontleend en de soort informatiebronnen die je belangrijk vindt voor jouw onderzoek.*) later

Hoe je een zoekprofiel maakt aan de hand van een stappenplan is reeds uitgelegd in de webcursus niveau B, Hoe begin ik met een literatuuronderzoek?. Als je deze webcursus nog niet hebt gevolgd, raden we je aan om die module eerst door te nemen voordat je verder gaat met deze module.

3 Zoekmethoden

Er zijn verschillende manieren waarop je kunt zoeken naar literatuur. Twee belangrijke daarvan zijn:

  • De bouwsteenmethode. Deze methode houdt in dat je zoveel mogelijk termen met elkaar combineert in één zoekactie. De bouwsteenmethode ksn complex zijn. (zie ook 4)
  • De sneeuwbalmethode. In deze methode staat één publicatie centraal. Elk academisch artikel bevat verwijzingen naar literatuur die de schrijver heeft gebruikt ter ondersteuning van zijn eigen onderzoek. Deze gaan dus vaak over hetzelfde onderwerp! Daarnaast is het interessant na te gaan welke onderzoekers hebben verwezen naar het artikel dat je in handen hebt. Het zegt onder meer iets over belang en populariteit van het artikel. (zie ook 5)

Je zult vaak een combinatie van deze zoekmethoden gebruiken.  Met de bouwsteenmethode gevonden publicaties kun je gebruiken als startpunt voor de sneeuwbalmethode.
Web of Science en Google Scholar zijn goede bronnen voor de sneeuwbal methode: ze geven inzicht in gebruikte bronnen maar ook wie het artikel heeft gebruikt.

Er zijn ook andere zoekmethodes die je als aanvulling kunt gebruiken. Deze worden uitgelegd in het onderdeel 'Overige zoekmethoden'.

4 De bouwsteenmethode

De bouwsteenmethode is een manier om zoveel mogelijk zoektermen in één zoekactie te combineren, zodat je zoveel mogelijk relevante literatuur vindt voor jouw onderzoek. Welke zoektermen je gebruikt in een bibliografisch of full-text bestand heeft consequenties voor het resultaat. Aan de hand van een voorbeeld laten we je zien hoe dit werkt in de praktijk.

Voorbeeld
Je doet literatuuronderzoek naar de wijze waarop de Nederlandse samenleving in de jaren na de Tweede Wereldoorlog aankeek tegen postkoloniale migranten.

Stap 1: wat is jouw probleemstelling?
Hoe keken witte Nederlandse inwoners in de jaren na de Tweede Wereldoorlog (1945-1980) aan tegen personen van kleur met een migratieachtergrond uit de voormalige koloniën?

Stap 2: formuleer de sleutelbegrippen van je probleemstelling.
Indische Nederlanders, Molukkers, Surinamers, Antillianen, migratie, koloniën, dekolonisatie, Nederland, etnische betrekkingen, perceptie, publieke opinie, ras, racisme

Wees je ervan bewust dat we voor sommige termen nu andere woorden gebruiken en dat je soms in onbruik geraakte woorden zult moeten gebruiken om naar oudere literatuur te zoeken. Zo kan het nodig zijn om 'allochtoon' als zoekterm te gebruiken, ondanks dat deze term verouderd is geraakt en we nu 'persoon met een migratieachtergrond' gebruiken.

Stap 3: formuleer per sleutelbegrip zoveel mogelijk gerelateerde termen.
Wil je een zo groot mogelijk resultaat van je zoekactie, dan zul je ook zoveel mogelijk synoniemen en andere gerelateerde termen moeten bedenken. Gebruik daarvoor woordenboeken, encyclopedieën en thesauri. Bedenk ook termen in andere talen indien dit relevant is voor je onderzoek (bv. Engels). Het helpt om de sleutelbegrippen te groeperen en in één zoekactie te gebruiken. Dat scheelt tijd en heel erg veel gepuzzel.


Tip: voor overzichten van synoniemen, antoniemen, etc, typ het volgende in Google sleutelbegrip bv., immigration thesaurus|dictionary|glossary

Stap 4: selecteer geschikte bronnen.
Dit is reeds uitgelegd in webcursus niveau B.

Stap 5: kies in de gekozen bron de optie Geavanceerd zoeken (Advanced Search). Overigens is dat in Web of Science, de simple search.

Stap 6: Combineer de verschillende sleutelbegrippen en gerelateerde termen met elkaar. 
Bij het combineren van de sleutelbegrippen/ gerelateerde termen gebruik je booleaanse operatoren en wildcards. Dit is uitgelegd in webcursus niveau A.

De zoekstrategie

De bouwsteenmethode kun je zo complex maken als je zelf, wilt zolang je de principes van het Booleaans zoeken (bron/ toelichting) maar volgt. Een simplistisch voorbeeld:

Onderzoek het verband tussen  depressie, stress, en overwerkt obder adolescenten en het gebruik van verdovende/ stimulerende middelen. Zoek naar zoveel mogelijk verwante sleuteltermen. Omdat dat optioneel zijn, worden ze in zoekmachines verbonden met een Booleaanse OR operator, terwijl alle sleutelbegrippen uit de onderzoeksvraag in een zoekmachine verplichtend zijn. deze worden verbonden met de Booleaanse AND operator. Dus:

(anxiety OR stress OR burn out OR nervousness) AND

(adolescents OR young adults OR teens OR youths) AND

(gaming addiction OR drug abuse OR escapism)

5 De sneeuwbalmethode

De sneeuwbalmethode maakt gebruik van citaties. Citaties zijn een indicatie voor de impact van een artikel (veel versus weinig citaties, met uitzonderingen).

! Controleer altijd de citaties van de artikelen die je met de bouwsteenmethode hebt gevonden

De sneeuwbal groeit: Stel je hebt een artikel gevonden dat van groot belang is voor je onderzoek. Hoe kun je dan met behulp van dit artikel sneeuwballen naar oudere en nieuwere publicaties over hetzelfde onderwerp?

Principes van het sneeuwballen
sneeuwbal

  • Sneeuwballen naar oudere publicaties (cited publications). Elk academisch artikel heeft verwijzingen naar de literatuur die de onderzoeker heeft gebruikt ter ondersteuning van zijn onderzoek.
  • Sneeuwballen naar nieuwere publicaties (citing publications). Interessanter is na te gaan hoeveel anderen en wie hebben gebruik gemaakt van het artikel dat je gevonden hebt.

! Het aantal citaties op zich is niet zaligmakend. Niet alle geciteerde, of citerende publicatie handelen over hetzelfde onderwerp.

 

Als je een geschikte publicatie hebt gevonden, kun je met een citation index naar recentere literatuur zoeken. Een citation index wordt gebaseerd op de literatuurlijst van publicaties, zodat je er achter kunt komen welke auteurs een bepaald artikel of boek geciteerd hebben. Niet alle databases beschikken over een citation index. Deze zoekmethode kun je in ieder geval toepassen bij Web of Science , SCOPUS en Google Scholar.

Web of Science.

Citation Index

De videobox bevat een filmpje waarin de sneeuwbalmethode uitgelegd wordt.

6 Overige zoekmethoden

De bouwsteen-  en sneeuwbalmethode kunnen worden gecombineerd met een van de onderstaande zoekmethoden:

  • Zoeken op auteur
  • Zoeken op titel
  • Zoeken met behulp van een thesaurus
  • Zoeken naar gerelateerde publicaties

Zoeken op auteur

Je kunt in alle literatuurbronnen op auteursnaam zoeken.

Je zoekt op de achternaam van de auteur, daarna  de voornaam of voorletters.  Verschillende talen hanteren verschillende schrijfwijzen. Als het mogelijk is, gebruik daarvoor wild cards. Hoe gewoner de achternaam hoe meer kans op dezelfde achternaam en initialen te stuiten. Gebruik ook dan wildcard (zoals *) zodat je meerdere auteurs te zien krijgt en de juiste kunt kiezen.
 

Zoeken op onderwerp / trefwoorden / thesaurus

Veel literatuurbronnen en catalogi maken gebruik van trefwoorden of onderwerpen om boeken en artikelen te groeperen en vindbaar te maken. Als je op zoek bent naar publicaties over een bepaald onderwerp kun je van deze mogelijkheid gebruik maken.

  • Veel meer relevante literatuur
  • Trefwoorden worden door de samenstellers toegekend in toegevoegd aan thesauri. Gebruik de thesauri naast de trefwoorden die je zelf bedacht.
Relaties leggen

Veel e-resources tonen je na een zoekactie ook een link naar literatuurverwijzingen die over hetzelfde onderwerp gaan. Deze worden aangeduid als: related records, related items, recommended articles, etc. Deze verschillen van database tot database.

Gerelateerde publicaties worden door de e-resources bepaald aan de hand van hun eigen onderwerpsclassificatie en/of de gedeelde referenties tussen de publicaties.

Web of Science (WOS)
In WOS zie je bij het uitvouwen van een titel zie je een link: related records. Samen met cited by en de citations kom je snel tot veel verwante literatuur (zie ook sneeuwballen).

ProQuest
In ProQuest vind je na openen titel de optie Related items. Als je erop klikt krijg je een lijst van gerelateerde publicaties. Tevens kun je verwanrte zoekacties openen in proquest.

ScienceDirect
In ScienceDirect kun je gerelateerde publicaties vinden onder de optie Recommended Articles.

Scopus

In Scopus vind je gerelateerde artikelen onder Related articles

7 Wat te doen als ik geen literatuur kan vinden?

Stel dat je een van de zoekmethodes netjes gevolgd hebt en toch geen literatuur hebt gevonden. Onderstaande vragen kunnen je helpen om achter te komen waarom je niets hebt kunnen vinden:

  • Heb je de probleemstelling goed geformuleerd? 
    Kijk hier nogmaals om te zien hoe het moet. 
  • Heb je de juiste begrippen in de probleemstelling geselecteerd? 
    Zie hier wat sleutelbegrippen zijn. 
  • Heb je ook synoniemen of andere gerelateerde termen gebruikt? 
    Kijk naar een voorbeeld
  • Heb je gezocht in de juiste informatiebronnen? 
    Hier vind je een overzicht.
  • Heb je zoektermen op de juiste manier gecombineerd?
    Kijk hier nogmaals om te zien hoe het werkt.  
  • Heb je alleen één zoekmethode gebruikt?
    Overweeg om andere zoekmethodes te gebruiken of te combineren.
  • Heroverweeg je hele zoekstrategie. Heb je bv. wel genoeg synonieme zoeksleutels bedacht? Denk aan google, encyclopedieën en thesauri.

8 Samenvatting

Zoekmethode Omschrijving
 Bouwsteenmethode:    zoveel mogelijk zoektermen in één zoekactie combineren.
 Sneeuwbalmethode:  vanuit één publicatie naar citerende of geciteerde literatuur zoeken die al dan niet over hetzelfde onderwerp gaan.
 Zoeken op auteur:  zoeken op achternaam van de auteur om meerdere publicaties van dezelfde auteur te vinden.
 Zoeken op onderwerp:  gebruik maken van onderwerpslijsten, trefwoordencatalogi of thesauri om relevante literatuur te vinden.
 Gerelateerde publicaties:  gebruik maken van automatische zoekopties zoals:  related records, related  items, recommended articles,etc.